 
Gewone tekstinvoer
wordt weergegeven wanneer u tekst invoert via
de gewone tekstinvoer.
• Druk op een cijfertoets (
-
) totdat het gewenste
teken wordt weergegeven. Op de cijfertoetsen staan 
niet alle tekens afgebeeld die onder een toets 
beschikbaar zijn.
• Als de volgende letter onder dezelfde toets zit als
de huidige, wacht u tot de cursor weer wordt 
weergegeven of drukt u op 
en voert u de letter in.
• Druk op
om een spatie in te voegen. Druk drie keer
op
om de cursor naar de volgende regel te
verplaatsen.